Uitstel
Ik wil iets je bekennen, er zijn van die zaken waar ik steeds niet aan toekom. Sinds een paar weken liggen er een paar belangrijke brieven op mijn bureau met vragen die ik moet beantwoorden, ze liggen er nog steeds. Er is een mevrouw die ik dringend moet bellen voor een belangrijke vraag waar ik antwoord op wil; maar er is steeds iets anders wat ik eerst doe. Er is een lastige beslissing die ik moet nemen, ik voel me er onzeker over en weet niet wat ik er mee aan moet en ik begin er niet aan.
Over uitstellen heb ik een overtuiging (onthoud: dit is een bekentenis), ‘uitstellen is verwerpelijk, je moet zaken die nodig zijn gewoon aanpakken anders wordt het alleen maar erger’. Zo simpel is het toch? Daarom noem ik wat ik doe geen uitstellen, maar ik zeg tegen mijzelf dat ik het gewoon te druk heb en er daarom kom ik er niet aan toe. En dan ik voel de druk inderdaad toenemen, die taken zijn belangrijk en de uiterste datum nadert merkbaar snel.
Maar ja, als ik mij even kwetsbaar opstel moet ik het wel toegeven, ik stel soms zaken uit. Mijn interne criticus is er niet trots op, in tegendeel. Die zegt dingen als: ‘Deze blog gaat over uitstel, maar eigenlijk is het ook uitstel’! De tijd die je aan dit stukje besteed had je ook kunnen gebruiken voor die andere belangrijke zaken, je bent aan het uitstellen dus.
De criticus zet me onder druk, ik vind dat hij gelijk heeft daarom ga ik die brieven beantwoorden, dan bel ik die mevrouw en daarna buig ik me over die beslissing.
Maar nu eerst even iets eten en daarna de honden uitlaten, want dat moet tenslotte ook gebeuren!